Constantin Meunier

facebook twitter

Toegevoegd op 31 oktober 2011 door monlouis

Constantin Meunier

Afbeelding toegevoegd door monlouis

monlouis | Constantin Meunier | 0 monlouis | Constantin Meunier | 0 monlouis | Constantin Meunier | 0 monlouis | Constantin Meunier | 0
Opschrift:
Constantin Meunier
1831 - 1905
Plaatsbeschrijving:
Etterbeek - Acaciasplein
Informatie toegevoegd door monlouis :
31 oktober 2011
Constantin Émile Meunier (Etterbeek, 12 april 1831 – Elsene, 4 april 1905) was een Belgische beeldhouwer, schilder en graficus. Hij begon zijn studies aan de Brusselse Academie nog vóór zijn vijftiende jaar en werkte daarna drie jaar lang als helper bij de beeldhouwer Charles Auguste Fraikin. Hij volgde een opleiding van bijna acht jaar bij de schilder François-Joseph Navez. De schilderkunst beviel hem blijkbaar meer dan de beeldhouwkunst, want de volgende dertig jaar zou hij zich uitsluitend toeleggen op de schilder- en tekenkunst. Hij was twintig toen hij als schilder begon; in eerste instantie richtte hij zich op religieuze thema's en historiestukken. Een bekend voorbeeld hiervan is de Kruisweg in de kerk van Sint-Pieters-Kapelle (Herne). Op vraag van de Belgische regering vertrok hij naar Sevilla en verbleef er van oktober 1882 tot april 1883. Hij moest er een kopie maken van de Kruisafneming van Pedro Campaña. Tezelfdertijd schetste en schilderde hij een groot aantal kleurrijke scènes en volkse taferelen uit Andalusië. Hij ontmoette er ook de Belgische schilders Théo van Rysselberghe, Frantz Charlet en de Spaanse schilder Dario de Regoyos, die samen op doorreis waren naar Marokko. In opdracht van Camille Lemonnier tekende hij een reeks illustraties voor diens boek La Belgique over de Belgische mijnstreken. Hij bezocht daarvoor de metaalverwerkende nijverheid in de Cockerill-fabrieken te Seraing, de glasblazerij van Val-Saint-Lambert en in de steenkoolmijnen in de Borinage. Deze industriële wereld en het 'hard labeur' van de arbeiders in de steenkoolindustrie maakten een diepe indruk op hem, in overeenstemming met de opkomst van de sociale beweging in deze periode. Hij zou van nu af zich wijden aan het uitbeelden van de arbeider. Hij evolueerde van zijn historiestukken naar het realisme. In 1880 exposeerde hij met succes op de Salon te Gent een reeks schilderijen omtrent het harde leven van de arbeiders in de steenkolenmijnen en in de hoogovens. In 1884 sloeg hij weer aan het beeldhouwen. Hij vond deze expressiemethode beter geschikt om de thematiek van het harde bestaan van de arbeider uit te drukken. Bij een bezoek aan de Antwerpse haven had hij de overtuiging opgedaan dat hij alleen maar in deze discipline voldoende de kracht en de hardheid van het havenarbeidersbestaan tot hun recht kon laten komen. Eén van zijn bekendste beeldhouwwerken, "De Buildrager" (1885) staat nog steeds op de hoek van de Suikerrui in Antwerpen. In 1887 werd hij door het Leuvense stadsbestuur aangesteld als leraar aan de plaatselijke academie. Hij kreeg van de stad een woning ter beschikking evenals een atelier: het vroegere anatomische amfitheater, dat in 1744 werd opgericht door rector Rega van de Leuvense universiteit. Deze faciliteiten en het regelmatige inkomen, verbonden aan zijn leraarsopdracht, lieten hem toe zich intensief toe te leggen op de schilder- en beeldhouwkunst. Tijdens zijn verblijf te Leuven kwamen dan ook talrijke belangrijke werken tot stand. Toen op 4 maart 1887 een grauwvuurexplosie had plaatsgevonden in de steenkoolmijn van La Boule in de Borinage kwamen er 120 mijnwerkers om het leven. Meunier was getuige van het hartverscheurend ogenblik toen een moeder haar zoon herkende onder de doden. Deze tragiek maakte een diepe indruk op hem en hij heeft dit uitgebeeld met grote zeggingskracht in het bronzen beeld "Het grauwvuur" (KMSK, Brussel). In 1889 ontstonden de beelden voor het ophefmakende Monument van de Arbeid, dat aan de Van Praetbrug te Laken opgericht werd. Constantin Meunier werd hiermee onsterfelijk. In de volgende twintig jaar bouwde hij een indrukwekkend oeuvre op als ode aan de arbeider.
(bron : wikipedia)